-
1 in volle gang
adv. in full swing, at full blast -
2 het feest is in volle gang
het feest is in volle gang -
3 het feest is in volle gang
het feest is in volle gangVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het feest is in volle gang
-
4 in volle gang zijn
гл.общ. быть на полном ходу -
5 gang
gang1〈de〉♦voorbeelden:de gang van zaken is als volgt • la procédure est la suivantede gewone gang van zaken • le cours ordinaire des choseshij ging zijn oude gang • il ne changea rien à ses habitudeshet feest is in volle gang • la fête bat son pleinaan de gang zijn • être en coursga je gang maar • vas-yz'n gewone gang gaan • suivre son coursiemand zijn gang laten gaan • laisser faire qn.gaat uw gang • je vous en prieiemands gangen nagaan • observer les allées et venues de qn.de les was al aan de gang • la classe avait déjà commencéeen motor aan de gang krijgen • parvenir à mettre un moteur en marcheaan de gang gaan • s'y mettreeen proces in gang zetten • déclencher un processusde (dagelijkse) gang naar school • le chemin (journalier) à l'écolegoed op gang komen • être lancé〈 figuurlijk〉 iemand op gang helpen • aider qn. à démarreriets op gang brengen • mettre qc. en route————————gang2〈de〉 -
6 gang
gang1〈de〉7 [met betrekking tot spijzen] course8 [loop/tocht ergens heen] trip9 [in samenstellingen] 〈zie voorbeelden 9〉♦voorbeelden:4 ga je gang maar • 〈 begin maar〉 (just/do) go ahead; 〈 ga maar verder〉 (just/do) carry on; 〈 na jou〉 after youzijn eigen gang gaan • go one's own waykunnen we aan de gang gaan? • can we get started?de les was al aan de gang • the lesson had already got going/(got) startedeen motor aan de gang krijgen • get an engine goingzo kan ik wel aan de gang blijven! • at this rate I'm never going to get finished!de zaak aan de gang houden • keep the business goingeen gesprek weer op gang brengen • get a conversation going againiemand op gang helpen • help someone to get going, give someone a startwij betreuren deze gang van zaken • we regret this state of affairsde dagelijkse gang van zaken • the daily routineverantwoordelijk zijn voor de goede gang van zaken • be responsible for the smooth running of thingsde verdere gang van zaken afwachten • await further developmentshet feest is in volle gang • the party is in full swingalles gaat weer zijn gewone gang • everything's back to normalhet leven hernam zijn gewone gang • life resumed its normal course9 gehoorgang • auditory duct/canal————————gang2〈de〉 〈 Engels〉1 [groep] gang -
7 in full swing
met volle kracht,op volle stoomin full swingin volle actie/gang———————— -
8 full
adj. vol; geheel; heel veel--------adv. recht, rechtdoor; volledig, heel; mooi--------n. vol--------v. schoonmaken en plooienfull1[ foel] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 in full • volledig, voluitpay in full • tot de laatste cent betalento the full • ten volle, geheel————————full21 vol ⇒ volledig, voltallig♦voorbeelden:full blood • zuivere afkomst, volbloedfull board • volledig pensionfull to the brim • boordevolcome full circle • weer terugkomen bij het beginfull dress • avondkledij/toiletfull employment • volledige tewerkstelling〈 poker〉 full hand • full hand/housea full hour • een vol uurfull marks! • en een zoen van de juffrouwfull marks for effort • een tien voor vlijt〈 figuurlijk〉 give full marks for something • iets hoog aanslaan, iets erkennenfull moon • vollemaanfull name and address • volledige naam en adresfull page • hele pagina(at) full pelt • in allerijlfull professor • gewoon hoogleraarfull size bed • dubbel bedfull skirt • wijde rok(at) full speed • (in) volle vaartcome to a full stop • (plotseling) tot stilstand komenin full swing • in volle gang(at) full tilt • in volle vaart, met volle kracht〈 sport, voornamelijk voetbal〉 full time score • stand na de officiële speeltijd, einduitslagin full view • open en blootfull of oneself • vol van zichzelfhe was full of it • hij was er vol van, hij praatte nergens anders meer overpoliticians are full of shit/crap • politici zijn klootzakken/hufters————————full3〈 bijwoord〉1 volledig ⇒ helemaal, ten volle♦voorbeelden: -
9 Schwung
〈m.; Schwung(e)s, Schwünge〉1 zwaai, draai ⇒ sprong, zwenk(ing)4 elan, vuur, enthousiasme ⇒ gloed, bezieling, fut♦voorbeelden:die Sache bekommt allmählich Schwung • er komt langzamerhand schot in de zaak〈 informeel〉 jemanden in Schwung bringen • iemand achter de vodden zitten, iemand aan het werk zetten〈 informeel〉 Schwung in eine Sache bringen, etwas in Schwung bringen • iets op gang brengen, vaart achter iets zettensein Geschäft in Schwung halten • ervoor zorgen dat de zaak goed looptder Sport hat ihn in Schwung gehalten • de sport heeft hem fit gehoudenin Schwung kommen, geraten • op gang komen, op dreef raken -
10 way
adv. hoe dan ook; op grote wijze--------n. weg; manier, wijze; kant; richting; afstandway1[ wee]4 richting5 opzicht♦voorbeelden:that's the way (it is/goes) • zo gaat het nu eenmaallose the/one's way • verdwalen, de weg kwijtraken〈 figuurlijk〉 pave the way (for something/someone) • de weg banen/effenen (voor iets/iemand)〈 figuurlijk〉 pay one's way • geen schulden maken, zonder verlies werkenpay one's way through college • zelf zijn universiteitsstudie (kunnen) betalenwork one's way through college • werkstudent zijnway home • thuisreisway in • ingangbetter weather is on the way • er is beter weer op komstwe're on our/the way • we komen eraan, we zijn onderwegout of the way • ver weg, afgelegenout of one's way • niet op de routeway of thinking • denkwijzeto her way of thinking • naar haar mening, volgens haarfall into evil/bad ways • slechte gewoontes krijgengo the right/wrong way about something • iets op de juiste/verkeerde wijze aanpakkendo something a certain way • iets op een bepaalde manier doen〈 figuurlijk〉 find a way • een manier vinden, er raad op wetenhave a way of doing something • er een handje van hebben iets te doenmend one's ways • zijn leven beterenset in one's ways • met vast(geroest)e gewoontesone way and another • alles bij elkaar (genomen)one way or another/the other • op de een of andere manierin its way • in zijn soortin this way • op deze manier, zoit's only his way • zo is hij nu eenmaalthere are no two ways about it • er is geen twijfel (over) mogelijkstep this way, please • hierheen, graagthe other way around/about • andersomin no way • helemaal nietno way better • in geen enkel opzicht beterin more ways than one • in meerdere opzichten6 a long way away/off • een heel eind weg, ver wegyour birthday is still a long way off • je bent nog lang niet jarigall the way • helemaal, tot het (bittere) eindego all the way • het echt doen, met iemand neukenways and means • geldmiddelenhave ways and means of getting something • de juiste wegen weten om iets (gedaan) te krijgenthat's the way of the world • zo gaat het nu eenmaal (in de wereld)cut both ways • goede en slechte gevolgen hebbenget one's (own) way, have (it) one's (own) way • zijn zin krijgen, doen wat men wilgo out of one's/the way to … • zijn (uiterste) best doen om …have a way with elderly people • met ouderen om weten te gaanyou can't have it both ways • óf het een óf het andersee one's way (clear) to doing something • zijn kans schoon zien om iets te doenwind one's way into someone's affections • bij iemand in de gunst proberen te komenby the way • terloops, trouwens, à proposthey had done nothing out of the way • zij hadden niets bijzonders/extreems/verkeerds gedaanany way • in ieder geval, hoe dan ookeither way • hoe dan ook〈Amerikaans-Engels; informeel〉 every which way • overal, in alle hoeken en gaten〈Amerikaans-Engels; informeel〉 no way! • geen sprake van!1 (voort)gang ⇒ snelheid, vaart♦voorbeelden:gather/lose way • vaart krijgen/minderen 〈 van schip〉negotiations are well under way • onderhandelingen zijn in volle ganggive way • toegeven, meegeven 〈 ook figuurlijk〉; wijken, voorrang geven; doorzakken, bezwijkengive way to • toegeven aan, wijken voormake way for • plaats/ruimte maken voorput someone in the way of something • iemand op weg helpen (met iets), iemand aan iets helpenstand in the way • in de weg staanget something out of the way • iets uit de weg ruimen, iets afhandelenput someone out of the way • iemand uit de weg ruimenmake one's (own) way (in life/the world) • in de wereld vooruitkomenhe's by way of being a musician • hij is om zo te zeggen een muzikantby way of Brighton • via Brightonby way of illustration/example • als illustratie/voorbeeld♦voorbeelden:————————way2〈 bijwoord〉1 ver ⇒ lang, een eind♦voorbeelden:1 way back • ver terug, (al) lang geleden〈 Amerikaans-Engels〉 someone from way back • iemand uit een afgelegen gebied/ver verleden -
11 быть на полном ходу
vgener. in volle gang zijnRussisch-Nederlands Universal Dictionary > быть на полном ходу
-
12 in full play
-
13 negotiations are well under way
negotiations are well under way -
14 play
n. toneelstuk; spel; speeltuig; lach; humor--------v. spelen; voordragen; spelen ( muziek)play1[ plee] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 spel4 actie ⇒ activiteit, beweging♦voorbeelden:〈Amerikaans-Engels; voornamelijk sport〉 set play • ingestudeerd(e) spel(patroon)/manoeuvreallow/give full/free play to something • iets vrij spel latenthere's too much play in the rope • het touw heeft te veel spelingbring/call into play • erbij betrekkencome into play • mee gaan spelen¶ make great play about/of • erg de nadruk leggen op, sterk benadrukken————————play21 spelen♦voorbeelden:play dead • doen alsof men dood isplay on • doorspelenplay at soldiers/hide-and-seek • soldaatje/verstoppertje spelen〈 figuurlijk〉 play at something • iets niet ernstig nemen, iets doen voor de pretplay down to someone • zich aan iemand aanpassen〈 informeel〉 what on earth are you playing at? • wat heeft dit allemaal te betekenen?play (up)on someone's feelings • op iemands gevoelens werkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:play back a tape • een band afspelen/weergevenhe played his last dollar • hij zette zijn laatste dollar inplay someone along • iemand aan het lijntje houdenplay something down • iets bagatelliseren -
15 быть на полном ходу
vgener. in volle gang zijn -
16 in vollem Schwung
-
17 voll
voll I adj GEN full, complete • bei voller Kapazität GEN at full capacity • ein volles Programm haben GEN work to a very tight schedule • volle Bereitstellung von Mitteln beschließen POL vote full supply • volle Beteiligung zugesagt GEN full interest admitted, fia • zum vollen Ausgleich RW in full settlement, full to capacity voll II adv GEN fully, completely • etw. voll nutzen GEN make full use of sth • nicht voll ausgeben 1. GEN underspend (vorhandene Mittel); 2. WIWI underspend • nicht voll tragen RW underabsorb • nicht voll übernehmen RW underabsorb • sich voll verausgaben GEN (infrml) work flat out (bei der Arbeit) • voll ausgelastet RW full to capacity • voll bezahlt GEN fully paid, f.p. • voll finanzieren FIN mortgage out • voll finanziert ADMIN fully funded • voll im Gang sein POL be in full swing* * *adj < Geschäft> full, complete ■ bei voller Kapazität < Geschäft> at full capacity ■ bei voller Leistungsfähigkeit < Geschäft> at full capacity ■ ein volles Programm haben < Geschäft> work to a very tight schedule ■ mit voller Kraft arbeiten < Ind> go full steam ■ zum vollen Ausgleich < Rechnung> in full settlement, full to capacityadv < Geschäft> fully, completely ■ etw. voll nutzen < Geschäft> make full use of sth ■ nicht voll ausgeben 1. < Geschäft> vorhandene Mittel underspend; 2. <Vw> underspend ■ nicht voll tragen < Rechnung> underabsorb ■ nicht voll übernehmen < Rechnung> underabsorb ■ sich voll verausgaben < Geschäft> bei der Arbeit work flat out infrml ■ voll ausgelastet < Rechnung> full to capacity ■ voll bezahlt < Geschäft> fully paid (f.p.) ■ voll finanzieren < Finanz> mortgage out ■ voll finanziert < Verwalt> fully funded ■ voll im Gang sein < Pol> be in full swing ■ volle Bereitstellung von Mitteln beschließen < Pol> vote full supply ■ volle Beteiligung zugesagt < Geschäft> full interest admitted (fia)* * *voll
(vollständig) outright, entire, complete, whole;
• voll ausgeschrieben in full [letters];
• voll beladen loaded;
• voll berechtigt fully qualified (authorized, entitled);
• voll berufsunfähig wholly and permanently disabled;
• voll besetzt (Hotel) full up (Br.), fully booked;
• voll eingezahlt (Kapital) fully paid [up];
• voll gedeckt fully covered;
• voll gezeichnet fully subscribed;
• voll haftbar fully liable;
• voll steuerpflichtig wholly liable to a tax;
• voll versichert fully insured (US);
• j. voll auszahlen to pay s. o. outright;
• voll bezahlen to pay in full;
• über sein Vermögen voll verfügen können to be entire master of one’s property;
• voll ausgelastet sein (Betrieb) to be working to capacity;
• voll verantwortlich sein to be responsible for one’s actions;
• voll eingezahlte Aktie paid-up share, full-paid stock (US);
• voller Arbeitslohn full pay;
• volle Beteiligung zugesagt full interest admitted;
• voller Betrag entire (full) amount;
• volle Betriebsleistung full operating capacity;
• mit vollen Bezügen pensioniert werden to be retired on full pay;
• volle Eigentumsrechte haben to own outright;
• voller Fahrpreis full fare;
• volles Gehalt full salary;
• volles Gewicht full weight;
• volle Haftung full liability;
• volles Handelsgewicht avoirdupois;
• volles Haus haben (Hotel) to be fully booked;
• volle Ladung full load (cargo);
• voll ausgeschriebener Name name written in full;
• volle Pension board residence;
• vollen Preis zahlen to pay full fare;
• volle Produktionskosten total production cost;
• volle Risikoübernahme (Versicherung) full risk (coverage);
• voller Satz Versandpapiere complete set of shipping documents (US);
• voller Seitenpreis full-page rate;
• voll bezahlte Stelle fulltime job;
• volle Summe entire sum;
• volles Vertrauen entire confidence;
• volle Woche whole week. -
18 speed
1.[spiːd]noun1) Geschwindigkeit, die2) (gear) Gang, der2. 3. transitive verb,[shutter] speed — Belichtungszeit, die
speed somebody on his/her way — jemanden verabschieden
Phrasal Verbs:- academic.ru/91922/speed_off">speed off- speed up* * *[spi:d] 1. noun2) (quickness of moving.) die Schnelligkeit2. verb1) ((past tense, past participles sped [sped] speeded) to (cause to) move or progress quickly; to hurry: The car sped/speeded along the motorway.) rasen2) ((past tense, past participle speeded) to drive very fast in a car etc, faster than is allowed by law: The policeman said that I had been speeding.) (zu)schnell fahren•- speeding- speedy
- speedily
- speediness
- speed bump
- speed trap
- speedometer
- speed up* * *[spi:d]I. nat a \speed of seventy kilometres per hour mit einer Geschwindigkeit von 70 km/hcruising \speed Reisegeschwindigkeit f\speed of light/sound Licht-/Schallgeschwindigkeit faverage traffic \speed durchschnittliche Verkehrsgeschwindigkeithigh \speed hohe Geschwindigkeitsteady \speed gleich bleibende Geschwindigkeitto gain [or gather] [or pick up] \speed an Geschwindigkeit gewinnen; vehicle beschleunigen; person schneller werdento lower [or reduce] one's \speed seine Geschwindigkeit verringern; vehicle langsamer fahren; person langsamer werdenat lightning \speed schnell wie der Blitzat full \speed mit Höchstgeschwindigkeitat supersonic \speed mit Überschallgeschwindigkeitup to \speed bis Höchstgeschwindigkeitwith \speed schnellwith all possible \speed so schnell wie möglichfull \speed ahead/astern! NAUT volle Kraft voraus/achteraus!I have a ten-\speed bicycle ich habe ein Fahrrad mit Zehngangschaltungshutter \speed Belichtungszeit fto be on \speed auf Speed sein8.▶ to bring [or get] sb/sth up to \speed esp BRIT (update) jdn/etw auf den neuesten Stand bringen; (repair) etw wieder zum Laufen bringen▶ to pick up \speed Ergebnisse verbessernII. vi<sped, sped>1. (rush) sausen, flitzenwe sped down the ski slopes wir sausten die Piste herunter▪ to \speed along vorbeisausen▪ to \speed off davonbrausen2. (drive too fast) die Geschwindigkeit überschreiten, rasenIII. vt<-ed or sped, -ed or sped>1. (quicken)▪ to \speed sth etw beschleunigen2. (transport)▪ to \speed sb somewhere jdn schnell irgendwo hinbringen3.▶ to \speed sb on his/her way jdn verabschieden* * *[spiːd] vb: pret, ptp sped or speeded1. n1) Geschwindigkeit f; (= esp fast speed) Schnelligkeit f; (of moving object or person) Tempo nt, Geschwindigkeit fat high/low speed — mit hoher/niedriger Geschwindigkeit
the speed of light/sound —
to pick up or gather speed — beschleunigen, schneller werden; ( fig, development ) sich beschleunigen; (person) schneller werden
to lose speed — (an) Geschwindigkeit verlieren
to bring a factory/system up to speed — eine Fabrik/ein System auf den neuesten Stand bringen
her typing/shorthand speed is good — sie kann schnell Maschine schreiben/stenografieren
what is her typing/shorthand speed? —
with all possible speed — so schnell wie möglich
with such speed — so schnell
three-speed bicycle —
2. vtto speed sb on his way (person) — jdn verabschieden; (iro) jdn hinauskomplimentieren; (good wishes etc)
if you fetch the visitors' coats it may speed them on their way God speed you! (old) — wenn du die Mäntel der Gäste holst, machen sie sich vielleicht auf den Weg Gott (sei) mit dir! (old)
3. vithe years sped by —
God speed (old) — Gott mit dir (old)
2) pret, ptp speeded (AUT: exceed speed limit) zu schnell fahren, die Geschwindigkeitsbegrenzung überschreiten* * *speed [spiːd]A s1. Geschwindigkeit f, Tempo n, Schnelligkeit f:at speed mit hoher Geschwindigkeit;at a speed of mit einer Geschwindigkeit von;at full speed mit Höchstgeschwindigkeit;my car does 100 mph at full speed mein Wagen fährt 160, wenn ich ihn voll ausfahre;full speed ahead (astern)! SCHIFF volle Kraft voraus (zurück)!;he was running at full speed er lief so schnell er konnte;at the speed of light mit Lichtgeschwindigkeit;at twice the speed of sound mit zweifacher Schallgeschwindigkeit;speed of action schnelles Handeln;that’s not my speed US sl das ist nicht mein Fall2. TECHa) Drehzahl fb) AUTO etc Gang m:three-speed bicycle Fahrrad n mit Dreigangschaltung;five-speed gear(box) Fünfganggetriebe n3. FOTOa) Lichtempfindlichkeit f (des Objektivs)b) Verschlussgeschwindigkeit f, Öffnung f4. obs Glück n:good speed! viel Glück!5. sl Speed m (Aufputschmittel, z. B. Amphetamine)B v/t prät und pperf speeded, sped [sped]1. (an)treiben2. rasch befördernb) eine Maschine beschleunigen5. einen Pfeil abschießen6. jemanden verabschieden7. obs jemandem beistehen:God speed you! Gott sei mit dir!C v/i1. (dahin)eilen, rasen:the time sped by die Zeit verging wie im Flug2. AUTO zu schnell fahren, die Geschwindigkeitsbegrenzung oder das Tempolimit überschreiten: → speeding3. speed up die Geschwindigkeit erhöhen* * *1.[spiːd]noun1) Geschwindigkeit, dieat full or top speed — mit Höchstgeschwindigkeit; mit Vollgas (ugs.)
2) (gear) Gang, der3) (Photog.) (of film etc.) Lichtempfindlichkeit, die; (of lens)2. 3. transitive verb,[shutter] speed — Belichtungszeit, die
speed somebody on his/her way — jemanden verabschieden
Phrasal Verbs:- speed up* * *(gearbox) n.Gang ¨-e m. n.Eile -n f.Geschwindigkeit f.Tempo -s n. v.(§ p.,p.p.: sped)= rasch fahren ausdr.rasen v. -
19 gear
1. noun1) (Motor Veh.) Gang, derfirst or bottom/top gear — (Brit.) der erste/höchste Gang
high/low gear — hoher/niedriger Gang
change into second/a higher/lower gear — in den zweiten Gang/in einen höheren/niedrigeren Gang schalten
a bicycle with ten-speed gears — ein Fahrrad mit Zehngangschaltung
leave the car in gear — den Gang drin lassen
2) (combination of wheels, levers, etc.) Getriebe, das3) (clothes) Aufmachung, die2. transitive verbtravelling gear — Reisekleidung, die
* * *[ɡiə]1) ((usually in plural) a set of toothed wheels which act together to carry motion: a car with automatic gears.) das Getriebe2) (a combination of these wheels, eg in a car: The car is in first gear.) der Gang3) (a mechanism used for a particular purpose: an aeroplane's landing-gear.) das Getriebe4) (the things needed for a particular job, sport etc: sports gear.) die Ausrüstung•- academic.ru/30646/gearbox">gearbox- gear lever/change/stick* * *[gɪəʳ, AM gɪr]I. n2. (transmission)first/second/third \gear erster/zweiter/dritter Ganghigh/low \gear hoher/niedriger Gangto be in neutral \gear im Leerlauf sein, ausgekuppelt seinto shift into high [or top] \gear in den höchsten Gang schaltento shift into high \gear auf volle Touren kommen famto be in low \gear nicht in die Gänge kommen famto operate in top \gear optimal funktionieren5. no pl (equipment) Ausrüstung f, Sachen pl fam; (clothes) Kleidung f, Sachen pl fam, Gewand nt ÖSTERR; (trendy clothes) Klamotten pl famriot \gear Schutz[be]kleidung f7.▶ to change [or AM shift] \gears (change the subject) das Thema wechseln; (change tactics) seine Taktik ändern▶ to get one's arse [or AM ass] in \gear (fam!) in die Gänge kommen fam, seinen Arsch hochkriegen [o bewegen] derbII. viIII. vta highly-\geared company ECON ein Unternehmen mit hohem Anteil an Fremdkapital* * *[gɪə(r)]1. na bicycle with three gears — ein Fahrrad nt mit Dreigangschaltung
the car is/you're in gear — der Gang ist drin (inf) or eingelegt
the car is/you're not in gear — das Auto ist im Leerlauf, es ist kein Gang drin (inf)
into third gear — in den dritten Gang schalten, den dritten Gang einlegen
to move up/down through the gears —
to move up a gear (fig) — einen Gang zulegen (inf)
she lives life in top gear —
See:→ arse2) (inf: equipment) Ausrüstung f, Zeug nt (inf), Sachen pl (inf); (= tools) Gerät nt, Zeug nt (inf); (= belongings) Sachen pl (inf), Zeug(s) nt (inf); (= clothing) Sachen pl (inf)See:→ landing gear, steering gear4) (inf: drugs) Stoff m (inf)2. vt (fig)abstellen, ausrichten (to auf +acc)to be geared to( wards) sb/sth — auf jdn/etw abgestellt sein; (person, needs, ambition) auf jdn/etw ausgerichtet sein
training is geared to make staff more efficient — die Ausbildung ist darauf ausgerichtet, das Personal effizienter zu machen
3. vi (TECH)eingreifen, im Eingriff sein* * *gear [ɡıə(r)]A s1. TECHa) Zahn-, Getrieberad nb) Getriebe n, Triebwerk n2. TECH Eingriff m:a) eingerückt, -geschaltet, in Gang,b) fig vorbereitet,c) fig in Ordnung;be in gear fig funktionieren;be in gear with im Eingriff stehen mit (Zahnräder);a) ausgerückt, außer Eingriff, ausgeschaltet,b) fig in Unordnung;be out of gear fig nicht funktionieren;a) ausrücken, -schalten,b) fig durcheinanderbringen3. TECHa) Übersetzung fb) AUTO etc Gang m:in high gear in einem schnellen oder hohen Gang;(in) top gear im höchsten Gang, mit höchster Geschwindigkeit (a. fig);c) pl AUTO Getriebe n, (eines Fahrrads) Gangschaltung f4. FLUG, SCHIFF etc (meist in Zusammensetzungen) Vorrichtung f, Gerät n: → landing gear, steering gear5. Ausrüstung f, Gerät n, Werkzeug(e) n(pl), Zubehör n6. umg Hausrat m7. umg Habseligkeiten pl, Sachen pl8. umg Kleidung f, Aufzug m9. (Pferde- etc) Geschirr nB v/t1. TECHa) mit einem Getriebe versehenb) übersetzenc) in Gang setzen (auch fig), einschalten:gear up ins Schnelle übersetzen, fig heraufsetzen, verstärken, steigern;gear down ins Langsame übersetzen, fig drosseln2. figgear production to demand die Produktion der Nachfrage anpassenb) ausrichten (toward[s] auf akk)3. ausrüstenC v/i1. TECHa) ineinandergreifen (Zahnräder)b) eingreifen (into, with in akk)* * *1. noun1) (Motor Veh.) Gang, derfirst or bottom/top gear — (Brit.) der erste/höchste Gang
high/low gear — hoher/niedriger Gang
change into second/a higher/lower gear — in den zweiten Gang/in einen höheren/niedrigeren Gang schalten
2) (combination of wheels, levers, etc.) Getriebe, das3) (clothes) Aufmachung, dietravelling gear — Reisekleidung, die
4) (equipment, tools) Gerät, das; Ausrüstung, die2. transitive verb(adjust, adapt) ausrichten (to auf + Akk.)* * *(mechanics) n.Getriebe - n. n.Gang ¨-e m.Zahnrad -¨er m. -
20 full
1. adjective1) vollthe bus was completely full — der Bus war voll besetzt
full of hatred/holes — voller Hass/Löcher
be full up — (coll.) voll [besetzt] sein; [Behälter:] randvoll sein; [Liste:] voll sein; [Flug:] völlig ausgebucht sein (see also academic.ru/9982/c">c)
2)be full of oneself/one's own importance — sehr von sich eingenommen sein/sich sehr wichtig nehmen
she's been full of it ever since — seitdem spricht sie von nichts anderem [mehr]
the newspapers are full of the crisis — die Zeitungen sind voll von Berichten über die Krise
3) (replete with food) voll [Magen]; satt [Person]I'm full [up] — (coll.) ich bin voll [bis obenhin] (ugs.) (see also a)
4) (comprehensive) ausführlich, umfassend [Bericht, Beschreibung]; (satisfying) vollwertig [Mahlzeit]; erfüllt [Leben]; (complete) ganz [Stunde, Tag, Jahr, Monat, Semester, Seite]; voll [Name, Fahrpreis, Gehalt, Bezahlung, Unterstützung, Mitgefühl, Verständnis][the] full details — alle Einzelheiten
in full daylight — am helllichten Tag
the moon is full — es ist Vollmond
in full bloom — in voller Blüte
full member — Vollmitglied, das
in full view of somebody — [direkt] vor jemandes Augen
at full speed — mit Höchstgeschwindigkeit
be at full strength — [Mannschaft, Ausschuss, Kabinett:] vollzählig sein
5) (intense in quality) hell, voll [Licht]; voll [Klang, Stimme, Aroma]6) (rounded, plump) voll [Gesicht, Busen, Lippen, Mund, Segel]; füllig [Figur]; weit geschnitten [Rock]2. noun1)write your name [out] in full — schreiben Sie Ihren Namen aus
2)3. adverbenjoy something to the full — etwas in vollen Zügen genießen
1) (very)know full well that... — ganz genau od. sehr wohl wissen, dass...
full in the face — direkt ins Gesicht [schlagen, scheinen]
* * *[ful] 1. adjective1) (holding or containing as much as possible: My basket is full.) voll2) (complete: a full year; a full account of what happened.) vollständig,ganz2. adverb1) (completely: Fill the petrol tank full.) völlig2) (exactly; directly: She hit him full in the face.) genau•- fully- full-length
- full moon
- full-scale
- full stop
- full-time
- fully-fledged
- full of
- in full
- to the full* * *[fʊl]I. adjher eyes were \full of tears ihre Augen waren voller Tränento talk with one's mouth \full mit vollem Mund sprechento do sth on a \full stomach etw mit vollem Magen tunthey kept packing people in until the hall was \full to bursting man hat so lange immer wieder Leute reingelassen, bis die Halle zum Brechen voll warI couldn't speak, my heart was too \full ich konnte nicht sprechen, denn mir ging das Herz übershe was \full of praise for your work sie war voll des Lobes über deine Arbeithe shot her a look \full of hatred er warf ihr einen hasserfüllten Blick zuto be \full of surprises voller Überraschungen seinto be \full of oneself [or one's own importance] ( pej fam) eingebildet sein▪ to be \full satt seinto be \full to the brim [or to bursting] platzen fam4. (omitting nothing) voll, vollständig\full employment Vollbeschäftigung f\full explanation vollständige Erklärungthe \full form of a word die Vollform eines Wortesto write one's \full name and address den Vor- und Zunamen und die volle Adresse angebento give/write a \full report einen vollständigen Bericht geben/schreiben5. (entire) voll, vollständighe was suspended on \full pay er wurde bei vollen Bezügen freigestelltthey had a furious row outside their house in \full view of their neighbours sie hatten eine wilde Auseinandersetzung vor dem Haus, direkt vor den Augen der Nachbarn\full fare voller Fahrpreisto be in \full flow in voller Fahrt sein\full member Vollmitglied nt\full-price ticket Fahrkarte f zum vollen Preisto be under \full sail NAUT mit vollen Segeln fahrento be in \full swing voll im Gang sein6. (maximum) vollhis headlights were on \full seine Scheinwerfer waren voll aufgeblendet[at] \full blast [or volume] mit voller Lautstärketo be in \full cry [after sb/sth] [jdn/etw] begeistert verfolgenat \full stretch völlig durchgestreckt; ( fig) mit vollen Kräften7. (busy and active) ausgefüllt▪ to be \full of sth von etw dat völlig in Anspruch genommen sein; (enthusiastic) von etw dat ganz begeistert seindid the kids enjoy their day at the beach? — oh yes, they're still \full of it haben die Kinder den Tag am Strand genossen? — oh ja, sie sind noch immer ganz begeistert davon9. (rounded) vollfor the \fuller figure für die vollschlanke Figur10. (wide) weit geschnitten\full skirt weiter Rock11. (rich and deep) voll\full voice sonore Stimme\full wine vollmundiger Wein12.▶ to be \full of beans wie ein Sack [voller] Flöhe sein▶ to be \full of the joys of spring prächtig aufgelegt sein▶ to be \full of the milk of human kindness vor Freundlichkeit [geradezu] überströmen▶ the wheel has [or things have] come \full circle der Kreis hat sich geschlossen1. (completely) vollto be \full on/off tap voll auf-/abgedreht sein2. (directly) direkt3. (very) sehrto know \full well [that...] sehr gut [o wohl] wissen, [dass...]III. nin \full zur Gänzeto the \full bis zum Äußersten* * *[fʊl]1. adj (+er)1) (= filled) room, theatre, train vollto be full of... — voller (+gen) or voll von... sein, voll sein mit...
a look full of hate —
his heart was full (liter) — das Herz lief ihm über
I am full ( up) (inf) — ich bin (papp)satt, ich bin voll (bis obenhin) (inf)
2) (= maximum, complete) voll; description, report vollständig; understanding, sympathy vollste(r, s)that's a full day's work — damit habe ich etc den ganzen Tag zu tun
I need a full night's sleep — ich muss mich (ein)mal gründlich ausschlafen
to be in full flight —
I waited two full hours — ich habe geschlagene zwei or zwei ganze Stunden gewartet
to run full tilt into sth — mit voller Wucht in etw (acc) or auf etw (acc) rennen
to go at full tilt — rasen, Volldampf (inf) or volle Pulle (inf) fahren
3)(= preoccupied)
to be full of oneself — von sich (selbst) eingenommen sein, nur sich selbst im Kopf habenshe was full of it — sie hat gar nicht mehr aufgehört, davon zu reden
you're full of it! (inf) — du erzählst lauter Scheiß! (inf)
4) (= rounded) lips, face voll; figure, skirt etc füllig2. adv1)(= at least)
it is a full five miles from here — es sind volle or gute fünf Meilen von hier2)(= very, perfectly)
I know full well that... — ich weiß sehr wohl, dass...3)(= directly)
to hit sb full in the face — jdn voll ins Gesicht schlagento look sb full in the face —
4)3. n1)in full — ganz, vollständig
2)to the full — vollständig, total
* * *full1 [fʊl]1. a) allg voll:speak while one’s mouth is full ( oder with one’s mouth full) mit vollem Mund sprechen; → beam A 6, stomach A 1, swing C 1, C 42. voll, ganz:in full court JUR vor dem voll besetzten Gericht;a full hour eine volle oder geschlagene Stunde;for a full three years für volle drei Jahre3. weit (geschnitten) (Rock etc)for the fuller figure für die vollschlanke Dame5. voll, kräftig (Stimme)6. schwer, vollmundig (Wein)7. voll, besetzt:full up (voll) besetzt (Bus etc);“house full” THEAT „ausverkauft!“8. vollständig, ausführlich, genau (Einzelheiten etc):9. fig (ganz) erfüllt (of von):full of hatred hasserfüllt;he is full of plans er ist oder steckt voller Pläne;he is full of his success er redet von nichts anderem als von seinem Erfolg;full of oneself (ganz) von sich eingenommen10. reichlich (Mahlzeit)11. voll, unbeschränkt:full power Vollmacht f;have full power to do sth bevollmächtigt sein, etwas zu tun;full power of attorney Generalvollmacht f;12. voll (berechtigt):full member Vollmitglied n13. rein, echt:a full sister eine leibliche Schwester14. umg fig voll:b) Aus betrunkenB adv1. völlig, gänzlich, ganz:know full well that … ganz genau wissen, dass …2. gerade, direkt, genau:the sun was shining full on her face die Sonne schien ihr voll ins GesichtC v/t Stoff raffenE s1. (das) Ganze:in full vollständig, ganz;print sth in full etwas in voller Länge abdrucken;to the full vollständig, vollkommen, bis ins Letzte oder Kleinste;live life to the full das Leben auskosten;pay in full voll oder den vollen Betrag bezahlen;I cannot tell you the full of it ich kann Ihnen nicht alles ausführlich erzählen2. Fülle f, Höhepunkt m:the moon is at the full es ist Vollmond;at the full of the tide beim höchsten Wasserstandfull2 [fʊl] v/t TECH Tuch etc walken* * *1. adjective1) vollfull of hatred/holes — voller Hass/Löcher
be full up — (coll.) voll [besetzt] sein; [Behälter:] randvoll sein; [Liste:] voll sein; [Flug:] völlig ausgebucht sein (see also c)
2)full of — (engrossed with)
be full of oneself/one's own importance — sehr von sich eingenommen sein/sich sehr wichtig nehmen
she's been full of it ever since — seitdem spricht sie von nichts anderem [mehr]
3) (replete with food) voll [Magen]; satt [Person]I'm full [up] — (coll.) ich bin voll [bis obenhin] (ugs.) (see also a)
4) (comprehensive) ausführlich, umfassend [Bericht, Beschreibung]; (satisfying) vollwertig [Mahlzeit]; erfüllt [Leben]; (complete) ganz [Stunde, Tag, Jahr, Monat, Semester, Seite]; voll [Name, Fahrpreis, Gehalt, Bezahlung, Unterstützung, Mitgefühl, Verständnis][the] full details — alle Einzelheiten
full member — Vollmitglied, das
in full view of somebody — [direkt] vor jemandes Augen
be at full strength — [Mannschaft, Ausschuss, Kabinett:] vollzählig sein
5) (intense in quality) hell, voll [Licht]; voll [Klang, Stimme, Aroma]6) (rounded, plump) voll [Gesicht, Busen, Lippen, Mund, Segel]; füllig [Figur]; weit geschnitten [Rock]2. noun1)write your name [out] in full — schreiben Sie Ihren Namen aus
2)3. adverb1) (very)know full well that... — ganz genau od. sehr wohl wissen, dass...
2) (exactly, directly) genaufull in the face — direkt ins Gesicht [schlagen, scheinen]
* * *adj.voll adj.vollständig adj.völlig adj.
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Gang — Gạng1 der; (e)s, Gän·ge; 1 nur Sg; die Art und Weise, wie sich jemand beim Gehen (1) bewegt <ein federnder, schleppender Gang; jemanden am Gang erkennen> 2 nur Sg; das Gehen (1) zu einem bestimmten Zweck an ein bestimmtes Ziel: einen Gang… … Langenscheidt Großwörterbuch Deutsch als Fremdsprache
Gang nach Canossa — Heinrich bittet Mathilde und seinen Taufpaten Abt Hugo von Cluny um Vermittlung Als Gang nach Canossa bezeichnet man den Italienzug König Heinrichs IV. von Speyer nach Rom vom Dezember 1076. Er wollte dadurch die Vereinigung von Papst Gregor VII … Deutsch Wikipedia
Gang System — Als Kolonnensystem (engl. gang system) wird in der Geschichtsschreibung der Vereinigten Staaten ein Prinzip bezeichnet, nach dem amerikanische Pflanzer im 17., 18. und 19. Jahrhundert die Arbeit ihrer Sklaven organisierten. Sklaven, die im… … Deutsch Wikipedia
Uhr — In den ältesten Zeiten benutzte man zur Zeitbestimmung senkrecht aufgestellte Stäbe, Gnomone, deren Schattenlänge oder Schattenrichtung die Tageszeit erkennen ließ. Aus diesen Sonnenzeigern (Sonnenweisern, Stundensteinen) entstanden die… … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Motorwagen [1] — Motorwagen (Kraftwagen, Automobil, Selbstfahrer) dienen zur Beförderung von Personen oder Gütern. Sie sind mit einem oder mehreren Motoren nebst: den erforderlichen Getrieben zur Fortbewegung ausgerüstet und können unter Umständen auch noch einen … Lexikon der gesamten Technik
BMW M5 — Hersteller: BMW Produktionszeitraum: seit 1985 Klasse: Obere Mittelklasse Karosserieversionen: Stufenheck, viertürig Kombi, fünftürig Vorgängermodell: kei … Deutsch Wikipedia
Elektrische Eisenbahnen — (electric railways; chemins de fer électriques; ferrovie elettriche). Inhaltsübersicht: I. Allgemeine Entwicklung und Zukunft des elektrischen Bahnbetriebes. – II. Nutzbarmachung der Wasserkräfte für die Anlage der Stromquellen. – III.… … Enzyklopädie des Eisenbahnwesens
Leute — 1. A de richa Lüta werd ma nüd rüdig1. – Sutermeister, 143; Tobler, 371. In Appenzell: Von den reichen Leuten bekommt man nicht leere Hände. (Tobler.) 2. Albern Leut dienen nicht in die Welt. – Petri, II, 4. 3. Alberne Lüe sind ock Lüe. (Hannover … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Guildford Four — Als Guildford Four wurden vier 1975 unschuldig als Terroristen verurteilte Personen, die drei Nordiren Patrick Paddy Armstrong, Gerard Gerry Conlon und Paul Michael Hill sowie die Engländerin Carole Richardson, bekannt. Auslöser für eines der… … Deutsch Wikipedia
Großherzogtum Baden — Wappen Flagge … Deutsch Wikipedia
deutsche Geschichte. — deutsche Geschichte. Zur Vorgeschichte Mitteleuropa; zur Frühgeschichte Fränkisches Reich. DIE ENTSTEHUNG UND FRÜHE ENTWICKLUNG DES »REICHS DER DEUTSCHEN« Die Entstehung des deutschen Regnums (Reiches) ist als ein lang gestreckter… … Universal-Lexikon